zondag 2 december 2012

NAAMSE MEUBELEN | NAAMS HOUTSNIJWERK | HET NAAMSE MEUBEL



Een Naamse kast
Patrick Damiaens
Ornamentist - Ornamentsnijder


Het Naamse meubilair in de achttiende Eeuw
                












Naamse meubelen, Naams houtsnijwerk

Het Naams meubilair is net zoals elders op vele plaatsen in de Nederlanden van de 17de eeuw, een afgeleid meubel en vindt zijn oorsprong in de 16de eeuw, in de Renaissance en later in de Barok, maar met een min of meer typische  regionale identiteit. Dit monumentale barokke meubilair uit de vroege 17e is niet alleen zeer karakteristiek voor Namen, maar is ook fundamenteel verschillend van naburige regio's, zoals Henegouwen, Luik of zelfs Lotharingen.
Tijdens de 17e eeuw  vestigen zich 13 kloosters in  Namen, allemaal met een kerk of kapel, die ingericht moesten worden met een religieus meubilair.  Van al deze religieuze gebouwen  blijven er vandaag enkel en alleen de 
Jezuïetenkerk van St. Ignatius (parochiekerk van St-Loup) en de kerk van de Carmelites (St-Joseph parochiekerk) over.

In het St. Joseph kerk zijn er vier biechtstoelen uit het begin van de  17e eeuw. In de St. Ignatius zijn er biechtstoelen te dateren rond 1670, geïnspireerd door de rijke en uitbundige Antwerpse barokDeze was toen onbekend  in Namen. Naamse  meubelmakers en houtsnijders zijn meer dan waarschijnlijk betrokken geweest bij dit plaatselijk projectHet was het begin van een nieuwe eigen stijl.  Dit is een belangrijke mijlpaal in de evolutie van het Naamse meubilairEen ander element was, in de eerste decennia van de 18e eeuw,  de plotselinge opkomst van de eindigende Lodewijk-stijl (de Franse Lodewijk- en Naamse Lodewijk-stijl lopen niet synchroon).


Naams houtsnijwerk, Afzonderlijk gesneden en verlijmd op het paneel

Van 17e de eeuwse Naamse burgerlijke meubels  is vandaag de dag weinig bekendWij weten dat al sinds de 16e, zoals elders, kleine kasten  bestonden uit twee deuren met erboven een kleine kroonlijst.
Gedurende de gehele 18e eeuw  werden de Franse hofstijlen , Lodewijk XIV, Régence, Louis XV en Louis XVI  geïntroduceerd en verspreid over onze regio en dus ook NamenDe plaatselijke meubelmakers verwerkten de Franse modetrends (ornamentiek) met min of meer plaatselijke aanpassingen en eigen karakteristieken.
De overgang van de ene stijl naar de andere valt niet samen met de exacte data van de regering van de soevereine, waarop zij betrekking heeftDeze namen zijn enkel oriëntatiepunten.

 Garderobe kast in Naamse stijl, met imposante kroonlijst


Bovendien duurde de verspreiding van de nieuwe Franse decoratie trends enige tijd en was dit afhankelijk van de mode.  In reactie op rechte lijnen en het majestueuze karakter van de Lodewijk XIV was de Régence-stijl het antwoord door het toepassen van de versoepeling van de lijnen en de opbouw in  decoratie, maar hier was nog steeds symmetrie van toepassing.
Met de Lodewijk XV-stijl viert fantasie en asymmetrie hoogtij in de ornamentiek, de vormen en decoratieve motieven zijn versnipperd, men verafschuwt de rechte lijn.
Tot slot is er de Louis XVI stijl, een reactie op de excessen van de rocaille.(een onderdeel van de Lodewijk XV).  De smaak van de oudheid hervat na de ontdekking van Pompëi in 1748  de terugkeer naar de natuurWe keren  terug naar het rechte en de symmetrie, de rocailles worden vervangen door classicistische motieven, de pilasters  met canaluren verschijnen, parellijsten, …


Naams snijwerk

Het hout is meestal eik en is van zeer hoge kwaliteit (kwartiers gezaagd)De breedte van het hout (panelen) is bijzonder en opmerkelijk.
Volgens het handvest van het Naamse houtambacht, dat dateert uit 1525, werd de fabricage van meubels verdeeld tussen "escriniers" (meubelmakers), die het frame, panelen en lijstwerk uitvoerden, en de " decoratie snijders", zowel steenhouwers en houtsnijder, die het decor verrichttenDeze ornamenten werden afzonderlijk gesculpteerd-gesneden, gerapporteerd of toegevoegd aan het meubel (geplakt). 

Het is een totaal andere manier van decoreren dan bij de Luikse stijl of het Luikse meubel, waar de ornamenten uit de massa worden gesneden.
Alles wat maar zou kunnen gesneden worden in het massieve hout werd ook gedaan,  zoals de voluten einden van de kroonlijsten, de kapitelen van de pilasters en de een hoofd trapbaluster.


Naams houtsnijwerk, rocaille stijl

Door de gebruikte van deze techniek (zagen en oplijmen)  zijn de composities van ornamenten op de Naamse kast geconcentreerd  op het paneel, helemaal anders dus dan het Luikse snijwerk, dat verspreid is over de gehele oppervlakte van het paneel.
Naams houtsnijwerk is altijd heel netjes en preciesHet geeft een lichtheid en elegantie aan  de monumentale meubel.

In de 17de eeuw gebruikte men de koffer om kledingstukken in op te bergenDeze werd vervangen door de garderobekast, wat veel functioneler bleek.
De garderobekast is het meest populaire meubel in de Naamse meubelstijl en wordt nog  steeds bij verschillende generaties gebruikt om de inkomhal te decoreren of er daadwerkelijk gebruik van te maken.
Het is een typische  twee-deurs kast, bekroond door een imponerende, uitstekende kroonlijst. Zijn hoogte bereikte vaak 3 meter.  De breedte bedraagt nauwelijks 1,3 meter en de diepte 0,6 meter.

Het weerspiegelt een zekere monumentaliteit, in overeenstemming met de architectuur van het gebouw.
Het grote buffet is zeer vergelijkbaar met de kleerkast. Meestal is het bovenste deel identiek aan die van de garderobekastHet onderlichaam kan variëren, met deuren of laden.  
Deze meubels glanzen onder de roodachtige vernis aan de buitenkant, terwijl de binnenkant lichtblauw is geschilderd.
Kleine meubels en stoelen zijn zeldzaam en weinig bekend.
De Naamse meubelstijl is minder gekend in onze streken, maar in Frans sprekend België heeft dit type van meubel toch zijn plaats verworven en de nodige aandacht gekregen van  antiekhandelaars, antiekbeurzen en musea.

Interieur Naamse meubelstijl


Typische kenmerken
1 De monumentale architecturale opbouw van het meubel en het gebruik van een imposante kroonlijst.
2 Het gebruik van de beste eik (kwartiers) en lange en brede panelen  van de beste kwaliteit.
3 Het snijwerk en de ornamenten zijn afzonderlijk uitgezaagd en gesneden, en worden later op de panelen, stijlen of op andere delen van het meubel aangebracht en verlijmd.

Naams houtsnijwerk,  Lodewijk de XIV-Stijl

4 Het barokke uiterlijk en opbouw, maar de decoratie (het snijwerk) vindt zijn oorsprong in de Franse hofstijlen.
5 De opengewerkte kuif of fronton bij een garderobe kast met gebogen kroonlijst.

Groesbeeck de Croix in Namen | Naamse meubelen



https://www.patrickdamiaens.nlnl


Geen opmerkingen:

Een reactie posten