vrijdag 19 september 2014

Magazine COLLECT | Magazine Collect arts antiques auctions | Luikse meubelkunst in de 18de-eeuw


LUIKSE MEUBELKUNST
De bloeitijd in de achttiende eeuw
In het september uitgave van COLLECT (nr. 447) verscheen een uitgebreid artikel over de 18de-eeuwse Luikse meubelkunst. Voor de echte liefhebber van Luikse meubelen een niet te missen uitgave van Collect. Het magazine is verkrijgbaar in de krantenkiosk en kost 5,90 Euro.

Collect


COLLECT Arts Antiques Auctions is hét magazine voor de kunstliefhebber en kunstverzamelaar. In elk nummer houden we u op de hoogte van de actualiteit in de kunst-, antiek- en designwereld. Maandelijks besteden we aandacht aan de beste tentoonstellingen in binnen- en buitenland, nemen we een kijkje bij Belgische galeries, volgen we de trends op het vlak van kunst, antiek en design, en brengen we uit eerste hand verslag uit van de wereld van veilingen en kunstbeurzen. Een handige agenda houdt u bovendien iedere maand op de hoogte van de belangrijkste tentoonstellingen, veilingen en beurzen.





In de achttiende eeuw nam de Luikse meubelkunst een ongekend hoge vlucht. Haar reputatie was te danken aan het massieve en robuuste vakwerk van de meubelmakers. Dat was van uitmuntende kwaliteit en het werd nog aangevuld met bijzonder geraffineerd decoratief snijwerk.

tekst: Gwennaëlle Gribaumont

Tweedelige buffetkast met gebogen
kroon, ca. 1715-1723, gestoken eikenhout.
Collectie Albert Vandervelden,
Luik. © La Mésangère


De lange tijd in gilden verenigde meubelmakers en timmerlieden bewerkten het massieve hout tot meubelen die bestemd waren voor een burgerlijke of religieuze clientèle. Ze maakten echter ook decoratieve lambriseringen voor gebouwen. De meubelmakers namen daarbij het op- en inlegwerk voor hun rekening. Veel vaklieden uit de Maasstreek behoorden tot de beste van Europa. Ze probeerden hun Franse collega’s te overtreffen in vindingrijkheid en dat lukte vaak ook zonder al te veel moeite.

Kloof in de tijd
Kenmerkend voor de meubelkunst van het prinsbisdom Luik was de voorliefde voor eikenhout, daar waar de Franse meubelmakers kozen voor afwisselende houtsoorten en kleuren. Voor zitmeubelen gaf men echter de voorkeur aan het soepeler essenhout. Iepen-, noten- en kersenhout gebruikte men slechts bij uitzondering. Kenmerkend voor de Luikse meubelkunst was ook een zekere kloof in de tijd. De vaklieden namen de Franse stijlen, nauw verbonden met de regeerperioden van hun koningen, met een zekere vertraging over. Hier volgt een overzicht van de opvallendste trends uit de bloeiperiode.

Tussen 1730 en 1780 was de
in twee perioden te verdelen
Luikse régence, de meest representatieve
stijl in de Maasstreek.

Rococo, maar met mate
Terwijl in Frankrijk de stijl van de régence al volop in zwang was, was in de Luikse regio in 1715 tot aan 1730 die van Lodewijk XIV nog in volle ontwikkeling. De sierelementen in het lijstwerk van de statige meubelen waren streng symmetrisch gerangschikt. Tot de meest klassieke versieringen behoorden onder meer de schelp- en acanthusmotieven, palmetten, voluten en ineenvlechtingen. Jammer genoeg zijn er slechts weinig exemplaren uit die tijd bewaard gebleven. De Luikse régence (1730-1780) was in de achttiende eeuw de meest representatieve stijl in de Maasstreek. Hij kan worden verdeeld in twee perioden, van elkaar gescheiden door de Luikse variant van de stijl Lodewijk XV. In de eerste periode ziet men in symmetrische composities heel voorzichtigrocaille-elementen hun intrede doen. Daarna kwam van 1740 tot 1760 het Luikse Lodewijk XV, gekenmerkt door de triomf van het rococo. De compositie was soms asymmetrisch en de motieven raakten versnipperd. Men gaf de voorkeur aan natuurlijke elementen zoals rietstengels, loofwerk, ect. Ook vloeiende elementen werden toegepast. De verbeelding trad meer dan ooit op de voorgrond. Gelukkig lieten de Luikse vaklieden zich niet verleiden tot een exuberante versiering op z’n Frans. Ze haalden zelfs de neus op voor de overdaad en de ‘kitscherige’ kant van het rococo.



Ingetogener
Omstreeks 1765 werd de stijl wat bezadigder. Er werd minder met rondingen gewerkt en de rocailles werden rustiger. Uiteindelijk maakte hij plaats voor de tweede periode van de Luikse régence. Het werd een meer ingetogen stijl, waarbij symmetrische en asymmetrische composities samen konden voorkomen in één en hetzelfde werk. Tussen 1780 en 1830 was de stijl van het Luikse Lodewijk XVI de laatste in de rij. Die was geïnspireerd op het Franse Lodewijk XVI, met motieven ontleend aan de klassieke oudheid. 
Ondanks zijn vele heel eigen decoratieve kenmerken, bleef de meubelkunst van de Maasstreek in de achttiende eeuw altijd robuust van structuur, zoals in de tijd dat men de stijl van Lodewijk XIV nog toepaste. Alleen kon de versiering van de ene tot de andere periode nogal sterk verschillen. Fraaie staaltjes van de Luikse meubelkunst vindt men o.a. in het Musée d’Ansembourg te Luik. Dit voormalige herenhuis, gebouwd omstreeks 1740, is een van de mooiste getuigenissen van het raffinement in de toenmalige kunst en architectuur.

Collect, website

http://www.patrickdamiaens.be